Dit zijn de nakomelingen van Ismaël, de zoon die Hagar, de Egyptische slavin van Sara, aan Abraham had gebaard. Hier volgen de namen van de zonen van Ismaël, in volgorde van geboorte:

Nebajot, Ismaëls oudste zoon, Kedar, Adbeël, Mibsam, Misma, Duma, Massa, Chadad, Tema, Jetur, Nafis en Kedema. Dit waren de zonen van Ismaël, dit waren hun namen – twaalf stamvorsten, elk met hun eigen nederzetting en hun eigen tentenkamp.

Ismaël leefde honderdzevenendertig jaar. Toen blies hij de laatste adem uit en werd hij verenigd met zijn voorouders. Zijn nakomelingen woonden in een gebied dat zich uitstrekte van Chawila tot Sur, dat ten oosten van Egypte ligt, in de richting van Assur. Ze vestigden zich in de buurt van hun verwanten en leefden in onmin met hen.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Genesis 30:33-43 Jakob bij Laban 6

Genesis 20:1-7 Abraham en Sara bij Abimelech 1

Genesis 38:1-14 Juda en Tamar 1

Genesis 13:2-18 Scheiding tussen Abram en Lot

Genesis 3:14-24 De tuin van Eden 4

Genesis 12:10-20-13:1 Abram en Sarai in Egypte

Genesis 9:1-17 Noach 6

Genesis 41:17-33 De droom van de farao 2

Genesis 36:31-43 Nakomelingen van Esau 3

Genesis 21:14-21 Isaak en Ismaël 2

Genesis 3:1-13 De tuin van Eden 3

Genesis 37:26-36 Jozef verkocht en naar Egypte geb...

Genesis 1:1-19 De schepping van hemel en Aarde 1

Genesis 34:1-12 Dina en Sichem 2

Genesis 20:8-18 Abraham en Sara bij Abimelech 2

Genesis 36:1-19 Nakomelingen van Esau 1

Genesis 47:15-27 Jakob met al zijn nakomelingen na...

Genesis 27:20-33 Jakob ontneemt Esau de zegen 3

Genesis 24:45-57 Een vrouw voor Isaak 4

Genesis 33:18-20 Dina en Sichem 1

Genesis 41:47-57 De droom van de farao 4

Genesis 17:1-14 Verbond tussen God en Abram 1

Genesis 35:1-15 Jakob opnieuw in Betel 1

Genesis 37:12-25 Jozef verkocht en naar Egypte geb...

Genesis 43:1-14 Jozefs broers opnieuw in Egypte 1

Genesis 33:1-11 Jakob oog in oog met Esau 4

Genesis 39:1-8 Jozef en de vrouw van Potifar 1

Genesis 28:10-22 Jakobs droom in Betel

Genesis 27:34-46 Jakob ontneemt Esau de zegen 4

Genesis 47:1-14 Jakob met al zijn nakomelingen naa...

Genesis 24:31-44 Een vrouw voor Isaak 3

Genesis 38:15-23 Juda en Tamar 2

Genesis 26:23-33 Isaak en Rebekka in Gerar 3

Genesis 44:1-13 Jozefs broers opnieuw in Egypte 4

Genesis 32:23-33 Jakob oog in oog met Esau 3

Genesis 39:9-20 Jozef en de vrouw van Potifar 2

Genesis 41:1-16 De droom van de farao 1

Genesis 17:15-27 Verbond tussen God en Abram 2

Genesis 22:1-14 Abraham op de proef gesteld 1

Genesis 10:21-32 Nakomelingen van Noachs zonen 2

Genesis 16:1-16 De geboorte van Ismaël

Genesis 42:18-28 Jozefs broers in Egypte 2

Genesis 6:1-4 Vermenging van goden en mensen

Genesis 46:31-34 Jakob met al zijn nakomelingen na...

Genesis 24:1-14 Een vrouw voor Isaak 1

Genesis 30:1-18 Jakob bij Laban 4

Genesis 24:15-30 Een vrouw voor Isaak 2

Genesis 44:24-34 Jozefs broers opnieuw in Egypte 6

Genesis 31:31-42 Jakob bij Laban 9

Genesis 36:20-30 Nakomelingen van Esau 2

Genesis 32:17-22 Jakob oog in oog met Esau 2

Genesis 31:43-54-32:1 Jakob bij Laban 10

Genesis 29:31-35 Jakob bij Laban 3

Genesis 11:1-9 Babel

Genesis 35:16-29 Jakob opnieuw in Betel 2

Genesis 44:14-23 Jozefs broers opnieuw in Egypte 5

Genesis 26:12-22 Isaak en Rebekka in Gerar 2

Genesis 22:15-19 Abraham op de proef gesteld 2

Genesis 41:34-46 De droom van de farao 3

Genesis 43:26-34 Jozefs broers opnieuw in Egypte 3

Genesis 24:58-67 Een vrouw voor Isaak 5

Genesis 31:17-30 Jakob bij Laban 8

Genesis 18:1-15 Sodom en Gomorra 1

Genesis 50:1-14 Jakobs levenseinde 6

Genesis 14:1-13 Lot door Abram bevrijd 1

Genesis 45:10-20 Jozefs broers opnieuw in Egypte 8

Genesis 27:1-19 Jakob ontneemt Esau de zegen 2

Genesis 2:15-25 De tuin van Eden 2

Genesis 31:1-16 Jakob bij Laban 7

Genesis 21:22-34 Bondgenootschap met Abimelech

0Shares